Maten opmeten

Maten opmeten

Zo neem je altijd de juiste maat

Om jouw kleding in de juiste maat te snijden en naaien, is het van groots belang om de juiste lichaamsmaten op te meten. Dat is echter niet eens zo eenvoudig wanneer je niet precies weet waar je het meetlint moet houden om de juiste maat te bepalen. Om een goed inzicht te krijgen, leggen we jou precies uit, hoe je jouw maat te weten komt en op welke plek je deze precies moet meten. Of het nou gaat om je taille, borst, heupen of de breedte van je schouders, met onze handleiding lukt het je vast en zeker om de juiste maten te nemen.

Grafik zum Maß nehmen am Körper

Hier een weergave en kort overzicht van waar je welke maat op jouw lichaam hoort te meten.

  1. Borstomvang: Meet het breedste stuk van de borst.
  2. Tailleomvang: Meet het smalste gedeelte van je taille, boven je navel.
  3. Heupomvang: Meet over het breedste stuk van je billen.
  4. Armlengte: Meet vanaf de schouder, via de gebogen elleboog, tot onder je pols.
  5. Buitenbeenlengte: Meet vanaf de zijkant van de taille, over de heup, tot net onder de enkel.
  6. Binnenbeenlengte: Meet vanaf het kruis tot net over de enkel.
  7. Ruglengte: Meet vanaf de onderkant van de hals tot aan de taille.
  8. Schouderlengte: Meet vanaf de nek tot het uiteinde van de schouder.
  9. Halswijdte: Meet rondom de hals (niet te strak).
  10. Bovenarmwijdte: Meet het breedste stuk van de bovenarm.
  11. Borstdiepte: Meet vanaf de onderkant aan de hals, aan de zijkant, tot aan het breedste punt van de borst.
  12. Bovenbeenwijdte:Meet de breedste plek van het bovenbeen.
  13. Kuitwijdte:Meet de breedste plek van de kuit.